Er was eens … een manager die graag wilde doorgroeien naar de functie van directeur maar enorm worstelde met allerlei zinloos getob over haar werk en het bereiken van haar professionele doelen. Gelukkig was daar een executive coach die haar met open armen ontving en haar een spiegel voorhield. En dan niet die van de boze stiefmoeder van Sneeuwwitje die alles mooier voordoet dan het is. Nee, het was een spiegel die haar liet inzien dat haar getob behoorlijk zinloos was. Mettertijd ontwikkelde de relatie tussen coach en coachee zich tot een vriendschap en kwamen ze er samen achter dat de coach zelf ook heel goed was in tobben. En dat andere vriendinnen en vrouwen in hun beider netwerken ook naar hartenlust zinloos konden tobben. Op een mooie dag zaten de (inmiddels) directeur en de executive coach samen en verzuchtten hardop: waarom lijken vrouwen als het op werk aankomt toch veel meer last te hebben van zinloos getob dan mannen? En dat terwijl zinvol tobben juist een nuttige vaardigheid kan zijn! Tenminste, als je weet hoe je die vaardigheid effectief en doelgericht inzet om er je voordeel mee te doen. En precies op die mooie dag besloten de directeur en de executive coach om er een boek over te schrijven dat de titel Tobwijven! zou krijgen. Niet alleen om hun nieuwsgierigheid over het fenomeen tobben te bevredigen, maar vooral om vrouwen een praktische handleiding te geven, zodat ze hun krachtige ‘tobskills’ succesvol kunnen inzetten bij het sneller en doordachter realiseren van hun professionele doelen.
En ze tobden nog lang, zinvol en gelukkig!
Oké, dat is misschien niet helemaal waar. Hoewel wij zonder enige twijfel besloten om dit boek te gaan schrijven, sloegen de eerste tobgedachten binnen een week na dit besluit al toe. Kunnen wij dat wel, een boek schrijven? Zit er iemand te wachten op dit boek? Hebben we hier wel tijd voor naast onze eigen bedrijven? We vinden vast nooit een uitgever. En zo hadden we nog veel meer van dit soort zinloze gedachten. Uiteindelijk hebben we onze tobgedachten hardop tegenover elkaar uitgesproken en vervolgens uitgeplozen om daarna volmondig ‘ja’ te zeggen tegen dit boek. We hebben onze ogen dichtgedaan, zijn gesprongen, et voilà: hier is ons boek Tobwijven!